Flexibel onderwijs - Beren op de weg
Tijdens MBO Digitaal Conferentie 2024, gaven Linda de Bruin, Informatiemanager Onderwijs bij mboRijnland, en Marko Schuuring, Projectmeester bij Projectlokaal, de workshop “Route naar Flexibel onderwijs”.
Voorafgaand aan deze workshop vroeg Projectlokaal in een korte poll via LinkedIn aan geïnteresseerden welke beren op de weg naar flexibilisering zij herkennen. Ook vroegen we welke beren zij op hun weg tegenkomen of verwachten tegen te gaan komen. In dit artikel vatten we de uitkomsten van zowel de workshop als de poll samen en trekken hieruit enkele conclusies. Daarmee pretenderen we niet compleet te zijn maar wel een goed beeld te kunnen schetsen van de problemen, oftewel de beren, die je op de weg naar flexibilisering kunt verwachten.
Workshop MBO Digitaal
Flexibel of wendbaar onderwijs is een actueel onderwerp in onderwijsland. Veel onderwijsinstellingen zijn hier al mee bezig en anderen worden geconfronteerd met de vraag hiernaar. De aanleiding is divers maar altijd staat hierbij de behoefte van studenten centraal. Zij willen kunnen versnellen of juist vertragen, zich verbreden of verdiepen. Ook vanuit het bedrijfsleven is er vraag naar flexibel onderwijs, waarmee beter en sneller ingespeeld kan worden op wijzigende behoeften aan kennis en vaardigheden bij studenten én personeel. Een derde groep die flexibiliseren van belang vindt, is het onderwijs zelf dat altijd blijft innoveren en inspeelt op veranderende behoeften van studenten en bedrijfsleven.
Flexibiliseren van het onderwijs is ingrijpend en doe je er niet zomaar even bij: dit vraagt visie, focus en betrokkenheid van alle partijen. mboRijnland is al een heel eind op weg met flexibiliseren en heeft daarbij veel ontdekt dat zij graag met hun collega’s delen. Tijdens de workshop “Route naar Flexibel onderwijs” stonden de volgende 3 onderwerpen centraal:
- Hoe is het veranderprogramma opgebouwd?
- Hoe houden wij koers?
- Welke beren zijn wij tegengekomen?
Opbouw van het veranderprogramma
Sinds 2020 is mboRijnland bezig met het thema flexibiliseren van het onderwijs. Al snel werd duidelijk dat dit onontgonnen gebied was en de weg ernaartoe een lang traject zou worden. Dit werd en wordt gezien als een veranderprogramma waarbij de stip op de horizon duidelijk is maar de weg ernaartoe nog niet. Uitgangspunt is dat gezamenlijk ontdekt wordt hoe flexibilisering vormgegeven moet worden, wat dit betekent voor alle betrokkenen en welke consequenties dit heeft voor studenten, medewerkers, onderwijsprogramma’s en -systemen. Dit wordt door mboRijnland de Expeditie Flexibilisering genoemd, afgekort tot het programma Flexpeditie.
Dit programma omvat meerdere deel-expedities waarbij het gezamenlijke einddoel voor ogen wordt gehouden: flexibel onderwijs. De betreffende deelexpedities zijn:
- Gepersonaliseerd leren
- Hybride onderwijs
- Leven lang ontwikkelen
- Blended learning
- Modulair onderwijs
Ieder deelprogramma is een ontdekkingsreis op zich, waarbij onderweg inzichten en ervaringen worden opgedaan. Doelstelling van het geheel is dat studenten onderwijs kunnen volgen dat bij hen past en dat zij kunnen volgen op een manier die bij hen past. Daarbij staat het onderwijs de student bij met persoonlijke aandacht en begeleiding.
Flexibel onderwijs kan op verschillende manieren worden bereikt. mboRijnland heeft ervoor gekozen om ‘leertrajecten te bouwen middels modules’. Op deze manier kunnen studenten hun opleiding versnellen, verlengen, verbreden of verdiepen en zelf kiezen op welk moment en in welke volgorde modules worden gevolgd.
mboRijnland heeft inmiddels een flinke weg afgelegd en hierbij veel geleerd, van en met elkaar. Gestart is met het leggen van een stevig fundament. In korte tijd zijn de onderwijslogistieke processen geoptimaliseerd en zijn drie nieuwe kernsystemen in gebruik genomen: Osiris (studenteninformatie), Xedule (plannen en roosteren) en SQill (onderwijscatalogus). Daarnaast is de verkenning naar flexibel onderwijs gestart en stapsgewijs overgegaan om al het onderwijs modulair op te bouwen. Als pilot kunnen studenten van 6 opleidingsteams vanaf schooljaar 2023-2024 daadwerkelijk hun eigen leertraject samenstellen. Einde schooljaar worden de uitkomsten geëvalueerd en het vervolgtraject bepaald.
Koers uitzetten en vasthouden
Bij de start van de Flexpeditie stond het doel vast, de weg ernaartoe moest nog ontdekt worden. Voor ieder deelprogramma werd een route uitgestippeld maar of dit de juiste was, moest nog blijken. Flexibiliseren van het onderwijs is een grootscheepse verandering met impact op iedereen binnen de instelling. Dit is niet in zijn geheel vooraf uit te tekenen en te plannen en laat zich ook niet simpelweg sturen door aan draadjes te trekken. Brede betrokkenheid is noodzaak en samen moet de juiste weg gevonden worden. Vandaar de metafoor van de expeditie: een gezamenlijke ontdekkingstocht naar gebieden waar wij niet eerder zijn geweest. Waarbij we het einddoel voor ogen hebben (de top) en de weg ernaartoe voorzien van gezamenlijke tussenstops (de basiskampen). Hierbij werd inspiratie geput uit het boek “TOP TEAMS – samen bergen verzetten” van Katja Staartjes.
De koers werd vooraf uitgezet door te definiëren wat we willen bereiken, zonder onomstotelijk duidelijk te hebben hoe daar te komen. De visie is er maar de vraag is of deze compleet is. Ook dit is onderdeel van de leercurve binnen de expeditie: hoe meer je ontdekt, hoe beter je de visie kunt toetsen en verder ontwikkelen. Visie vooraf is noodzakelijk om de stip op de horizon neer te zetten. Bereidheid om de visie bij te stellen is echter ook nodig.
Van belang is dat er vertrouwen is in de leiding en betrokkenen samen op pad gaan tijdens de expeditie. Gedurende de route, stippelen we de weg verder uit en komen we tot nieuwe inzichten. Hierbij zorgen we dat iedereen aangehaakt blijft en we gezamenlijk het (volgende) basiskamp bereiken. Iedereen wordt aangemoedigd om al lerend te ontdekken. Fouten maken mag, daar leer je van. Die leermomenten delen we met elkaar en zo maken we het mogelijk om de visie verder te ontwikkelen.
De beren op de weg
Tijdens de route naar flexibel onderwijs zijn wij meerdere beren op onze weg tegengekomen. En waarschijnlijk liggen er nog een aantal voor ons. Onze top 5 hebben we in een poll via LinkedIn gedeeld. We hebben respondenten gevraagd welke beren zij herkennen of juist niet. Daarnaast hebben we gevraagd welke beren zij nog binnen hun eigen omgeving zien als het gaat over flexibiliseren van het onderwijs.
Iedereen in onze organisatie heeft een eigen beeld van flexibel onderwijs
90% van de respondenten herkent deze beer. Dit is dan ook gelijk een van de grootste risico’s bij flexibilisering. Dit is de spreekwoordelijke stip op de horizon: als die niet voor iedereen duidelijk is, dan is dit het eerste dat er moet komen. Het begint met een visie: wat willen we bereiken en waarom? Waarom moet het anders? Wat betekent flexibiliseren en wat is het verschil met modulariseren? Als iedereen hierbij zijn eigen ideeën heeft, is de verandering gedoemd te mislukken. Dit betekent immers dat je op expeditie gaat met mensen die jouw taal niet spreken en waarmee je niet kunt afstemmen of je op de goede weg bent. Een gezamenlijke visie is essentieel om te starten en de route uit te zetten.
Het is bij ons niet duidelijk wat wij willen bereiken met flexibel onderwijs
In dit geval is het beeld meer gevarieerd: 40% geeft aan dat het wel duidelijk is, voor 60% is het niet duidelijk. Ook hierbij is het gezamenlijke beeld weer van belang, of je het er nou mee eens bent of niet. Een gezamenlijk beeld van het “wat” is noodzakelijk om te komen tot een gezamenlijk “hoe”.
Onze systemen zijn niet geschikt om flexibel onderwijs te ondersteunen
75% herkent dit probleem. Dat dit zo is, is geen verrassing. Systemen worden ontwikkeld om te voldoen aan een behoefte. Als die behoefte verandert, moeten systemen mee in de verandering óf vervangen worden door systemen die wél voldoen aan de vereisten van flexibilisering. In de praktijk zien we dat zowel bestaande pakketten worden aangepast als dat er nieuwe toetreders zijn. Wat de beste keuze is, kan per onderwijsinstelling verschillen.
Hoe krijgen wij iedereen in beweging en zorgen we dat zij meegaan en meedoen?
90% geeft aan dit probleem te herkennen. De grootste uitdaging bij ingrijpende veranderingen is betrokkenheid creëren en vasthouden. Ook hier geldt: het begint met een visie. Een visie die gedeeld moet worden, van onder naar boven en van boven naar onder. Als de aanleiding en noodzaak van de verandering niet herkend én erkend worden, gaat het niet werken. Als er wel druk is vanuit studenten en van buitenaf, maar niet vanuit directie en CvB, is er nog een forse hobbel te nemen. Flexibiliseren is een verandering die iedereen, alle systemen en alle diensten binnen het onderwijs raakt. Hierop moet druk gezet worden en daarbij is de rol van directie en CvB van doorslaggevende invloed. Alleen als zij de prioriteit helder maken en hierop gaan sturen, gaat de verandering plaatsvinden. En daarbij is communicatie essentieel, vanaf het begin van de verandering. Gedurende de verandering is het van belang om te blijven communiceren: wat doen we, wat leren we, wat hebben we bereikt, wat passen we aan in de visie en waarom. Betrokkenheid dwing je niet af maar kun je wel bereiken door te communiceren en dat gaat 2 kanten op: zenden én ontvangen. Openstaan voor kritische geluiden, meebewegen met veranderingen en ruimte en vertrouwen bieden om samen op expeditie te gaan en samen te ontdekken wat flexibiliseren betekent.
Er zijn zoveel andere dossiers die aandacht vereisen
80% herkent zich hierin. En naast al die andere dossiers moet er ook nog gewoon gewerkt worden: het onderwijs moet doorgaan. Het is bij een grote verandering noodzakelijk dat deelnemers aan het programma hiervoor ook daadwerkelijk de tijd krijgen die nodig is. Je doet het er niet even bij dus als je naast het programma ook nog gewoon les moet geven of jouw rol in de ondersteuning moet blijven vervullen, ga je niet de focus aanbrengen die nodig is. Een andere kant van deze stelling is die van de focus bij opdrachtgevers, zoals directie en CvB. Als zij niet kiezen voor prioriteit op flexibilisering, waarom zouden de projectleden dat dan wel doen?
Opmerkingen van respondenten
Naast bovenstaande beren op de weg, werden nog een aantal problemen aangekaart die we hier kort samenvatten. Over het geheel was er sprake van veel herkenning waarbij geconstateerd werd dat er op lesniveau nog veel moet gebeuren en er gestandaardiseerd moet worden. Daarbij wordt gelijk de vraag gesteld ‘maar hoe doe je dat dan goed?’.
Een punt dat meerdere keren werd genoemd is dat er binnen het onderwijs nogal wat fusies plaatsvinden. Dit betekent dan vaak focus op de fusie in plaats van op flexibiliseren. Een fusie wordt gezien als kans: samen iets nieuws neerzetten in plaats van kiezen voor de werkwijze en systemen van één van de partijen. Daarnaast maakt een fusie het ook complex: we hebben nog zoveel meer te doen.
Flexibiliseren vraagt om verandering op veel niveaus, zoals het curriculum, de onderwijslogistiek, de rol van docenten, verandering in werkwijze en lesmethode, etc. We overzien er vaak maar 1 of 2. Hoe komen we tot de totaalplaat? Dit vraagt om visie en samen ontdekken van de toekomst. Een programma-aanpak is hierbij noodzakelijk, waarbij meerdere projecten gezamenlijk naar het einddoel leiden. En realiseer je dat dit tijd kost, veel tijd. Probeer het dus niet in 1 jaar te realiseren maar trek hier meerdere jaren voor uit. Net als bij het onderwijs is een meerjarenplanning keiharde noodzaak.
Samenvatting en conclusie
Flexibiliseren van het onderwijs is nodig om te voldoen aan de veranderende behoeften van studenten en bedrijfsleven. Daarmee behoort het op de prioriteitenkalender te staan van directie en CvB. Alleen als zij nut en noodzaak van flexibiliseren onderkennen, uitdragen en prioriteit hieraan geven, heeft flexibiliseren kans van slagen. Daarbij is het van belang dat er een visie wordt uitgedragen die op alle niveaus binnen een onderwijsinstelling bekend is.
Flexibiliseren raakt iedereen en alle systemen. Dan is het essentieel dat iedereen in deze verandering wordt aangehaakt en meegenomen. Dit doen we door de visie te delen, ruimte te bieden voor experimenten en gezamenlijk de ontdekkingsreis aan te gaan. De visie evolueert gaandeweg, waarbij we leren van wat we onderweg zijn tegengekomen. Het eindpunt staat vast, de route ernaartoe ontdekken we met elkaar. En daarmee maken we ons de route ook eigen en wordt flexibiliseren iets van iedereen.
Veel onderwijsinstellingen zijn met dit onderwerp bezig. De een is hierin verder dan de ander en niet alle situaties zijn gelijk. Openheid hierover is er ook volop: kennisdeling staat hoog op de agenda bij onderwijsinstellingen en over het algemeen zijn er goede contacten over en weer. Praat herover dus vooral ook met collega’s van andere onderwijsinstellingen en deel ook actief je eigen ervaringen. Op deze manier bouwen we samen aan het flexibele onderwijs van de toekomst.
Meer weten over flexibiliseren van het onderwijs?
Vanuit onze eigen ervaring hebben wij een whitepaper geschreven over flexibiliseren van het onderwijs, dat we getoetst hebben aan de hand van beschikbare publicaties over dit onderwerp. En dat zijn er nogal wat. Zoveel dat je het risico loopt, door de bomen het bos niet meer te zien. Met dit whitepaper bieden we je daarom overzicht en inzicht in deze materie. Geen wetenschappelijke verhandeling maar een praktische gids naar flexibilisering van het onderwijs. Dit doen we in vier hoofdstukken:
- De uitdaging
- Knelpunten en randvoorwaarden
- Onze aanpak
- Het resultaat
Je kunt ons whitepaper aanvragen door een e-mail te sturen naar info@projectlokaal.nl met als onderwerp “Whitepaper flexibiliseren van het onderwijs”. We sturen het je dan graag toe!
Wil je liever direct met ons in gesprek? Dat kan uiteraard ook. Stuur ook hiervoor een e-mail naar bovenstaand e-mailadres.